Tłumaczenia dla hasła „Störungen“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

(Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

stort·re·gen <stortregen|s> [stɔrtreɣə(n)] RZ. r.m.

stortregen

Sturzregen r.m.

stortregen

Platzregen r.m.

stof·zui·gen <stofzuigde, h. gestofzuigd> [stɔfsœyɣə(n)] CZ. cz. przech.

stofzuigen

staubsaugen

stofzuigen

(Staub) saugen

storm·lo·pen¹ <liep storm, h. stormgelopen> [stɔrmlopə(n)] CZ. cz. nieprzech.

stormlopen (aanvallen)

stürmen

stormlopen (met voorzetsel)

anstürmen gegen +B.

stormlopen (met voorzetsel)

bestürmen +B.

op/tegen een vesting stormlopen

eine Festung bestürmen/gegen eine Festung anstürmen

stort·re·ge·nen <stortregende, h. gestortregend> [stɔrtreɣənə(n)] CZ. cz. bezosob. ww

stortregenen

in Strömen regnen [o. gießen]

stor·ting <storting|en> [stɔrtɪŋ] RZ. r.ż.

1. storting (het afdragen van geld):

storting

Einzahlung r.ż.

het bewijs van storting

der Einzahlungsbeleg

2. storting (neerwerpen: zand, afval enz.):

storting

Schütten r.n.

storting

Kippen r.n.