Tłumaczenia dla hasła „particulier“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

par·ti·cu·lier¹ <particulier|en> [pɑrtikylir] RZ. r.m.

particulier

Privatmann r.m.

particulier

Privatperson r.ż.

par·ti·cu·lier² [pɑrtikylir] PRZYM.

particulier

privat

particulier

Privat-

particulier

privat-

het particulier bezit

der Privatbesitz

de particuliere sector econ.

der private Sektor

zich particulier verzekeren

sich privat versichern

Przykładowe zdania ze słowem particulier

particulier bezit

Privatbesitz r.m.

particulier bedrijfsleven

Privatwirtschaft r.ż.

het particulier bezit

der Privatbesitz

zich particulier verzekeren

sich privat versichern

het particulier initiatief

die Privatinitiative

privé [o. particulier ] grondbezit

Privatgrundbesitz r.m.

dat park is particulier eigendom

der Park ist Privateigentum