Tłumaczenia dla hasła „actief“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

ac·tief <actieve, actiever, actiefst> [ɑktif] PRZYM.

actief

aktiv

actieve fondsen

aktive Effekten l.mn.

geestelijk actief

geistig rege

een actieve handelsbalans

eine aktive Handelsbilanz

actief optreden

tatkräftig auftreten

sociaal actief zijn

sich gesellschaftlich betätigen

het actief vermogen

die Aktiva

de actieve handel

der Außenhandel

non-ac·tief¹ [nɔnɑktif] RZ. r.n. geen l.mn.

op non-actief staan (tijdelijk)

sich im einstweiligen Ruhestand befinden

op non-actief staan (definitief)

aus dem Berufsleben ausgeschieden sein

op non-actief stellen (tijdelijk)

in den einstweiligen Ruhestand versetzen

op non-actief stellen (definitief)

in den Ruhestand versetzen

non-ac·tief² [nɔnɑktif] PRZYM.

non-actief

nicht aktiv

Przykładowe zdania ze słowem actief

geestelijk actief

geistig rege

actief optreden

tatkräftig auftreten

sociaal actief zijn

gesellschaftlich aktiv sein

het actief vermogen

die Aktiva

op non-actief staan (tijdelijk)

sich im einstweiligen Ruhestand befinden

op non-actief stellen (tijdelijk)

in den einstweiligen Ruhestand versetzen

actief/passief kiesrecht

aktive(s)/passive(s) Wahlrecht r.n.

het actief en passief van een balans

die Aktiva und Passiva der Bilanz