Tłumaczenia dla hasła „herumplagen“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

(Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

ver·la·gen <verlaagde, h. verlaagd> [vərlaɣə(n)] CZ. cz. przech.

1. verlagen:

verlagen (lager maken)

senken

verlagen (contributie, prijs ook)

ermäßigen

verlagen (prijs, kosten ook)

herabsetzen

verlagen (concreet)

niedriger machen

het grondwater verlagen

das Grundwasser absenken

iets in prijs verlagen

etw im Preis herabsetzen

iem in rang verlagen

jdn degradieren

de prijs met één procent tot één miljoen verlagen

den Preis um ein Prozent auf eine Million senken

2. verlagen (zedelijk laag doen staan):

verlagen

erniedrigen

zich tot iets verlagen

sich zu etw C. erniedrigen

ver·sla·gen <verslagen, verslagener, verslagenst> [vərslaɣə(n)] PRZYM.

1. verslagen:

verslagen (overwonnen)

geschlagen

verslagen (totaal)

besiegt

2. verslagen (terneergeslagen):

verslagen

niedergeschlagen

verslagen staan

niedergeschlagen sein

te·rug·vra·gen <vraagde terug/vroeg terug, h. teruggevraagd> [tərʏxfraɣə(n)] CZ. cz. przech.

1. terugvragen (vragen iets terug te geven):

terugvragen

zurückverlangen

2. terugvragen (uitnodigen):

terugvragen

zu einem Gegenbesuch einladen

be·raad·sla·gen <beraadslaagde, h. beraadslaagd> [bəratslaɣə(n)] CZ. cz. nieprzech.

beraadslagen

beratschlagen

beraadslagen

beraten

met iem beraadslagen

(sich) mit jdm beraten

be·kla·gen¹ <beklaagde, h. beklaagd> [bəklaɣə(n)] CZ. cz. przech.

1. beklagen (medelijden uiten):

beklagen

beklagen

beklagen

bedauern

beklagen

bemitleiden

2. beklagen (weeklagen over):

beklagen

beklagen

beklagen

bejammern

iems dood beklagen

jds Tod beklagen

ge·sla·gen¹ [ɣəslaɣə(n)] PRZYM.

met stomheid geslagen

sprachlos

met stomheid geslagen

baff pot.

wee·kla·gen <weeklaagde, h. geweeklaagd> [weklaɣə(n)] CZ. cz. nieprzech.

weeklagen

wehklagen form.

weeklagen

lamentieren pot. pej.

wel·sla·gen [wɛlslaɣə(n)] RZ. r.n. geen l.mn.

welslagen

Gelingen r.n.

welslagen (achteraf)

Erfolg r.m.

be·toe·la·gen <betoelaagde, h. betoelaagd> [bətulaɣə(n)] CZ. cz. przech. belg.

betoelagen

bezuschussen