Tłumaczenia dla hasła „linearschrift“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

on·der·schrift <onderschrift|en> [ɔndərsxrɪft] RZ. r.n.

onderschrift

Unterschrift r.ż.

onderschrift (ondertitel)

Untertitel r.m.

na·schrift <naschrift|en> [nasxrɪft] RZ. r.n.

naschrift (bijv. brief)

Nachschrift r.ż.

naschrift (bij instanties)

Nachtrag r.m.

net·schrift <netschrift|en> [nɛtsxrɪft] RZ. r.n.

1. netschrift (cahier):

netschrift

Schönschreibheft r.n.

2. netschrift (net):

netschrift

Reinschrift r.ż.

be·zwaar·schrift <bezwaarschrift|en> [bəzwarsxrɪft] RZ. r.n.

bezwaarschrift

Beschwerdeschrift r.ż.

spij·ker·schrift [spɛikərsxrɪft] RZ. r.n. geen l.mn.

spijkerschrift

Keilschrift r.ż.

voor·schrift <voorschrift|en> [vorsxrɪft] RZ. r.n.

1. voorschrift (het voorschrijven):

voorschrift

Vorschreiben r.n.

voorschrift med.

Verordnung r.ż.

op voorschrift van de dokter

auf ärztliche Verordnung

2. voorschrift med.:

voorschrift (wat voorgeschreven is)

Vorschrift r.ż.

voorschrift (wat voorgeschreven is)

Verordnung r.ż.

voorschrift (order)

Anweisung r.ż.

in strijd met de voorschriften

vorschriftswidrig

volgens voorschrift

vorschriftsgemäß

ge·schrift <geschrift|en> [ɣəsxrɪft] RZ. r.n.

geschrift

Schrift r.ż.

valsheid in geschrift(e) plegen

Urkundenfälschung begehen

opruiend/polemisch geschrift

Hetz-/Streitschrift r.ż.

af·schrift <afschrift|en> [ɑfsxrɪft] RZ. r.n.

afschrift

Abschrift r.ż.

afschrift adm.

Duplikat r.n.

bij·schrift <bijschrift|en> [bɛisxrɪft] RZ. r.n.

1. bijschrift (onderschrift):

bijschrift

Bildunterschrift r.ż.

bijschrift

Bildtext r.m.

2. bijschrift (kanttekening):

bijschrift

Randbemerkung r.ż.

bijschrift

Randglosse r.ż.

bijschrift

Randnotiz r.ż.

graf·schrift <grafschrift|en> [ɣrɑfsxrɪft] RZ. r.n.

grafschrift

Grabspruch r.m.

grafschrift

Grabinschrift r.ż.

klad·schrift <kladschrift|en> [klɑtsxrɪft] RZ. r.n.

1. kladschrift (schrijfboek):

kladschrift

Konzeptheft r.n.

kladschrift

Schmierheft r.n. pot.

2. kladschrift (slordig (hand)schrift):

kladschrift

Schmiererei r.ż.

kladschrift

Gekritzel r.n.

no·ten·schrift <notenschrift|en> [notə(n)sxrɪft] RZ. r.n.

notenschrift

Notenschrift r.ż.

smeek·schrift <smeekschrift|en> [smeksxrɪft] RZ. r.n.

smeekschrift

Bittgesuch r.n.

smeekschrift

Bittschreiben r.n.

te·ken·schrift <tekenschrift|en> [tekə(n)sxrɪft] RZ. r.n.

1. tekenschrift (cahier):

tekenschrift

Zeichenheft r.n.

2. tekenschrift (schrift dat bestaat uit tekens):

tekenschrift

Chiffreschrift r.ż.

dag·af·schrift <dagafschrift|en> [dɑxɑfsxrɪft] RZ. r.n.

dagafschrift

Tagesauszug r.m.

hand·schrift <handschrift|en> [hɑntsxrɪft] RZ. r.n.

handschrift

Handschrift r.ż.

een sollicitatiebrief in handschrift

ein handschriftliches Bewerbungsschreiben

een verdraaid handschrift

eine verstellte Handschrift

proef·schrift <proefschrift|en> [prufsxrɪft] RZ. r.n.

proefschrift

Doktorarbeit r.ż.

proefschrift

Dissertation r.ż.

tijd·schrift <tijdschrift|en> [tɛitsxrɪft] RZ. r.n.

tijdschrift

Zeitschrift r.ż.

tijdschriften voor taalkunde

sprachwissenschaftliche Zeitschriften l.mn.