Tłumaczenia dla hasła „uitwerpsel“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

(Przełącz na niderlandzko » niemiecki)

ˈWort·wech·sel RZ. r.m.

1. Wortwechsel:

Wortwechsel

woordenwisseling

Wortwechsel

woordenstrijd

Wortwechsel

woordentwist

2. Wortwechsel:

Wortwechsel

(levendige) discussie

ˈFrucht·wech·sel RZ. r.m.

Fruchtwechsel

vruchtwisseling

ˈStöp·sel <Stöpsels, Stöpsel> [ˈʃtœp-sl̩] RZ. r.m.

1. Stöpsel (Fassstöpsel):

Stöpsel

stop

Stöpsel

kurk

2. Stöpsel TECHNOL.:

Stöpsel

plug

Stöpsel

stekker(tje)

3. Stöpsel pot. żart. ((dicker) Junge):

Stöpsel

(dik) kereltje r.n.

Stöpsel

dikkerdje

ˈzeit·wei·se PRZYSŁ.

1. zeitweise (vorübergehend):

zeitweise

tijdelijk

zeitweise

voor enige tijd

der Flugverkehr wurde zeitweise eingestellt

het vliegverkeer werd tijdelijk gestaakt

2. zeitweise (gelegentlich):

zeitweise

soms

zeitweise

af en toe

ˈMacht·wech·sel RZ. r.m.

Machtwechsel

machtswisseling

ˈWit·wer <Witwers, Witwer> [ˈvɪtvɐ] RZ. r.m.

Witwer

weduwnaar

Ra·ˈsier·pin·sel RZ. r.m.

Rasierpinsel

scheerkwast