niderlandzko » niemiecki

roer <roer|en> [rur] RZ. r.n.

roer
Ruder r.n.
roer
aan het roer staan przen.
het roer in handen hebben przen.
het roer in handen houden przen.
het roer omgooien przen.
het roer van staat przen.

kruid·je-roer-mij-niet <kruidjes-roer-mij-niet> [krœycərurmənit] RZ. r.n. ook przen.


Interfejs: Deutsch | English | Español | Italiano | Polski