Tłumaczenia dla hasła „ledenadministratie“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

(Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

ad·mi·ni·stra·tie <administratie|s> [ɑtministra(t)si] RZ. r.ż.

administratie

Verwaltung r.ż.

administratie (stukken)

Geschäftsunterlagen l.mn.

de administratie voeren

die Bücher führen

ad·mi·ni·stra·tief [ɑtministratif] PRZYM. adm.

administratief

administrativ

administratief

Verwaltungs-

de administratieve medewerker

der Verwaltungsangestellte

administratief onderlegd

administrativ vorbereitet

het administratief recht

das Verwaltungsrecht

het administratief werk

die Verwaltungsarbeit

het administratief werk

die Büroarbeit

ad·mi·nis·tra·tri·ce <administratrice|s> [ɑtministratrisə] RZ. r.ż.

administratrice forma żeńska od administrateur

Zobacz też administrateur

ad·mi·ni·stra·teur <administrateur|s, administrateur|en> [ɑtministratør] RZ. r.m.

1. administrateur:

administrateur adm.

Verwaltungsbeamte(r) r.m.

administrateur fin.

Finanzbuchhalter r.m.

2. administrateur (beheerder namens de eigenaar):

administrateur

Geschäftsführer r.m.

administrateur

Verwalter r.m.

3. administrateur (ambtenaar op departement):

administrateur

Amtmann r.m.

de·mon·stra·tie <demonstratie|s> [demɔnstra(t)si] RZ. r.ż.

1. demonstratie (het aantonen van iets):

demonstratie

Demonstration r.ż.

2. demonstratie (pregnant; bewijs van kunnen):

demonstratie

Probe r.ż.

een demonstratie van zijn kunnen geven

eine Probe seines Könnens geben

3. demonstratie (het vertonen):

demonstratie

Demonstration r.ż.

demonstratie

Vorführung r.ż.

4. demonstratie (betoging):

demonstratie

Demonstration r.ż.

demonstratie

Kundgebung r.ż.

ad·mi·ni·stra·teur <administrateur|s, administrateur|en> [ɑtministratør] RZ. r.m.

1. administrateur:

administrateur adm.

Verwaltungsbeamte(r) r.m.

administrateur fin.

Finanzbuchhalter r.m.

2. administrateur (beheerder namens de eigenaar):

administrateur

Geschäftsführer r.m.

administrateur

Verwalter r.m.

3. administrateur (ambtenaar op departement):

administrateur

Amtmann r.m.

de·na·zi·fi·ca·tie [denatsifika(t)si] RZ. r.ż. geen l.mn.

denazificatie

Entnazifizierung r.ż.

le·den·aan·tal <ledenaantal|len> [ledə(n)antɑl] RZ. r.n.

ledenaantal

Mitgliederzahl r.ż.

ad·mi·ni·stre·ren <administreerde, h. geadministreerd> [ɑtministrerə(n)] CZ. cz. przech.

administreren

verwalten

administreren

administrieren

het administrerend lichaam

das Verwaltungsorgan

re·gis·tra·tie <registratie|s> [reɣistra(t)si] RZ. r.ż.

1. registratie:

registratie (in een register)

Registrierung r.ż.

registratie (in een register)

Registratur r.ż.

registratie (vooral m.b.t. personen)

Erfassung r.ż.

2. registratie:

registratie (in het geheugen, op film, band)

Registrierung r.ż.

registratie (geluids-, filmopname)

Aufnahme r.ż.

registratie (geluids-, filmopname)

Aufzeichnung r.ż.