Tłumaczenia dla hasła „zelfverzorgster“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

zie·ken·ver·zorg·ster <ziekenverzorgster|s> [zikə(n)vərzɔrəxstər] RZ. r.ż. (alleen vrouwelijk)

ziekenverzorgster

≈ Schwesternhelferin r.ż.

ver·zorg·ster <verzorgster|s> [vərzɔrəxstər] RZ. r.ż.

verzorgster forma żeńska od verzorger

Zobacz też verzorger

ver·zor·ger <verzorger|s> [vərzɔrɣər] RZ. r.m.

verzorger

Betreuer r.m.

verzorger (gezin)

Ernährer r.m.

verzorger med.

Pfleger r.m.

de verzorgers in een dierentuin

die Wärter in einem Zoo

kraam·ver·zorg·ster <kraamverzorgster|s> [kramvərzɔrxstər] RZ. r.ż.

kraamverzorgster

Wochenpflegerin r.ż.

zelf·ver·ze·kerd <zelfverzekerde, zelfverzekerder, zelfverzekerdst> [zɛlfərzekərt] PRZYM.

zelfverzekerd

selbstsicher

zelf·ver·trou·wen [zɛlfərtrɑuwə(n)] RZ. r.n. geen l.mn.

zelfvertrouwen

Selbstvertrauen r.n.

pleit·be·zorg·ster RZ. r.ż.

pleitbezorgster forma żeńska od pleitbezorger

Zobacz też pleitbezorger

pleit·be·zor·ger <pleitbezorger|s> [plɛidbəzɔrɣər] RZ. r.m.

pleitbezorger

Anwalt r.m.

pleitbezorger

Fürsprecher r.m.

ver·zor·ger <verzorger|s> [vərzɔrɣər] RZ. r.m.

verzorger

Betreuer r.m.

verzorger (gezin)

Ernährer r.m.

verzorger med.

Pfleger r.m.

de verzorgers in een dierentuin

die Wärter in einem Zoo