niderlandzko » niemiecki
Widzisz podobne wyniki: tevredenstellen , belangstellende , uitstellen , onderstellen , belangstellend , teleurstellend , vragensteller , instellen , samenstellen i openstellen

te·vre·den·stel·len <stelde tevreden, h. tevredengesteld> [təvredə(n)stɛlə(n)] CZ. cz. przech.

be·lang·stel·len·de <belangstellende|n> [bəlɑŋstɛləndə] RZ. r.m.

open·stel·len <stelde open, h. opengesteld> [opə(n)stɛlə(n)] CZ. cz. przech.

sa·men·stel·len <stelde samen, h. samengesteld> [samə(n)stɛlə(n)] CZ. cz. przech.

in·stel·len <stelde in, h. ingesteld> [ɪnstɛlə(n)] CZ. cz. przech.

3. instellen ((voor gebruik) geschikt maken):

instellen
einstellen
progressief ingesteld zijn
fortschrittlich eingestellt sein
zich instellen op przen.
sich einstellen auf +B.

vra·gen·stel·ler <vragensteller|s> [vraɣə(n)stɛlər] RZ. r.m.

te·leur·stel·lend [təlørstɛlənt] PRZYM.

be·lang·stel·lend <belangstellende, belangstellender, belangstellendst> [bəlɑŋstɛlənt] PRZYM.

on·der·stel·len <onderstelde, h. ondersteld> [ɔndərstɛlə(n)] CZ. cz. przech.

1. onderstellen (als hypothese, uitgangspunt aannemen):

onderstellen
unterstellen
onderstellen
annehmen

2. onderstellen (noodzakelijk aanwezig achten):

onderstellen
voraussetzen

uit·stel·len <stelde uit, h. uitgesteld> [œytstɛlə(n)] CZ. cz. przech.

Przeszukaj słownik

niderlandzki

Interfejs: Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Przeszukaj słowniki
Najbardziej popularne