Tłumaczenia dla hasła „weißgolden“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

(Przełącz na niderlandzko » niemiecki)

ˈweis·sa·gen CZ. cz. przech.

weissagen

voorspellen

weissagen

profeteren

ver·ˈgol·den [fɛɐ̯ˈgɔldn̩] CZ. cz. przech.

1. vergolden (mit Goldschicht überziehen):

vergolden

vergulden

2. vergolden przen. (verschönern):

vergolden

veraangenamen

vergolden

mooier [o. prettiger] maken

3. vergolden pot. (bezahlen lassen):

vergolden

er (goed) voor laten betalen

be·ˈsol·den [bəˈzɔldn̩] CZ. cz. przech.

besolden (Beamte)

bezoldigen

besolden (Beamte)

salariëren

besolden (Soldaten)

soldij geven [o. uitkeren]

ˈwei·ter·bil·den CZ. cz. przech.

weiterbilden

verder ontwikkelen [o. vormen]

weiterbilden

verder opleiden

weiterbilden

bijscholen

ˈwei·sungs·ge·bun·den PRZYM.

weisungsgebunden

aan (de) voorschriften [o. orders] gebonden