Tłumaczenia dla hasła „hereinwagend“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

ter·rein·wa·gen <terreinwagen|s> [tɛrɛinwaɣə(n)] RZ. r.m.

terreinwagen

Geländewagen r.m.

terreinwagen

Geländefahrzeug r.n.

her·eni·gen <herenigde, h. herenigd> [hɛrenəɣə(n)] CZ. cz. przech.

1. herenigen (weer bijeenbrengen):

herenigen

wiedervereinigen

2. herenigen (verzoenen):

herenigen

vereinen

her·exa·men <herexamen|s> [hɛrɛksamə(n)] RZ. r.n.

herexamen

Wiederholungsprüfung r.ż.

hij heeft een herexamen voor wiskunde

er hat eine Wiederholungsprüfung in Mathematik

her·eni·ging [hɛrenəɣɪŋ] RZ. r.ż. geen l.mn.

1. hereniging (het opnieuw bijeenbrengen, bijeenkomen):

hereniging

Wiedervereinigung r.ż.

de hereniging van Duitsland

die Wiedervereinigung Deutschlands

de hereniging van gezinnen

die Familienzusammenführung

2. hereniging (verzoening):

hereniging

Versöhnung r.ż.

he·ren·boer <herenboer|en> [herə(n)bur] RZ. r.m.

1. herenboer (boer uit liefhebberij):

herenboer

Hobbylandwirt r.m.

2. herenboer:

herenboer (rijke landbouwer)

Großbauer r.m.

herenboer (meestal van adel)

Gutsbesitzer r.m.

he·ren·mo·de [herə(n)modə] RZ. r.ż. geen l.mn.

1. herenmode (mode van herenkleding):

herenmode

Herrenmode r.ż.

2. herenmode (artikelen):

herenmode

Herrenartikel r.m.

he·ren·en·kel <herenenkel|s> [herə(n)ɛŋkəl] RZ. r.n.

herenenkel

Herreneinzel r.n.

he·ren·fiets <herenfiets|en> [herə(n)fits] RZ. r.ż.

herenfiets

Herren(fahr)rad r.n.

haat·dra·gend <haatdragende, haatdragender, haatdragendst> [hadraɣənt] PRZYM.

haatdragend

nachtragend

niet haatdragend zijn

nicht nachtragend sein

vrij·dra·gend [vrɛɪdraɣənt] PRZYM.

vrijdragend

freitragend

zorg·dra·gend [zɔrəɣdraɣənt] PRZYM.

zorgdragend

fürsorglich

zorgdragend

sorgsam

woon·wa·gen <woonwagen|s> [wonwaɣə(n)] RZ. r.m.

woonwagen

Wohnwagen r.m.