Tłumaczenia dla hasła „oogje“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

oog·je <oogje|s> [oxjə] RZ. r.n.

1. oogje:

oogje (klein oog)

Äuglein r.n.

oogje (klein oog)

Äugelchen r.n.

oogje (klein oog)

(kleine(s)) Auge r.n.

oogje (deel van een sluiting)

Öse r.ż.

een oogje dichtknijpen [o. dichtdoen ] przen.

ein Auge [o. beide Augen] zudrücken

2. oogje (blik):

oogje

Blick r.m.

een oogje in het zeil houden przen.

nach dem Rechten sehen

Przykładowe zdania ze słowem oogje

een oogje dichtknijpen [o. dichtdoen ] przen.

ein Auge [o. beide Augen] zudrücken

een oogje in het zeil houden przen.

nach dem Rechten sehen

een oogje vet op de soep

ein Fettauge auf der Suppe