Tłumaczenia dla hasła „Haverleij“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

ˈFahr·rad·ver·leih RZ. r.m.

Fahrradverleih

fiets(en)verhuur

ˈAl·ler·lei <Allerleis, Allerleis> [ˈalɐl͜ai ] RZ. r.n. meist l.poj.

Allerlei

allerlei r.n.

Allerlei

allegaartje r.n.

Allerlei

mengelmoes r.n.

ein buntes Allerlei

een bont allerlei [o. allegaartje]

ˈei·ner·lei [ˈ͜ainɐl͜ai, ˈ͜ainɐˈl͜ai ] PRZYM.

1. einerlei (egal):

einerlei

enerlei

einerlei

om het even

2. einerlei (gleich, eintönig):

einerlei

eender

einerlei

hetzelfde

einerlei

eentonig

ˈEi·ner·lei <Einerleis> [ˈ͜ainɐl͜ai, ˈ͜ainɐˈl͜ai ] RZ. r.n. kein l.mn.

Einerlei

gelijkvormigheid

Einerlei

eentonigheid

Einerlei

monotonie

immer das ewige Einerlei! pot.

altijd maar hetzelfde liedje!

ˈal·ler·lei [ˈalɐl͜ai ] PRZYM.

1. allerlei (viele Sorten):

allerlei

allerlei

allerlei erleben

allerlei [o. allerhande] dingen beleven

2. allerlei (viel):

allerlei

heel wat

ˈUn·ter·leib RZ. r.m.

Unterleib

onderbuik

Unterleib

onderlijf r.n.

Unterleib

onderlichaam r.n.

ˈAu·to·ver·leih RZ. r.m.

Autoverleih

autoverhuur

ˈFilm·ver·leih RZ. r.m.

Filmverleih

filmverhuur(kantoor)

ˈBoots·ver·leih RZ. r.m.

Bootsverleih

verhuur van boten

ˈein·ver·lei·ben [ˈ͜ainfɛɐ̯l͜aibn̩] CZ. cz. przech. pot. żart. (verzehren)

einverleiben

inlijven

einverleiben

annexeren