Tłumaczenia dla hasła „weghauend“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

ˈweg·schau·en CZ. cz. nieprzech. podn. reg.

wegschauen

een andere kant op kijken

wegschauen

wegkijken

ˈweit·schau·end, weit ˈschau·end PRZYM. podn.

weitschauend → weitblickend

Zobacz też weitblickend

ˈweit·bli·ckend, weit ˈbli·ckend [ˈ-blɪkn̩t] PRZYM.

weitblickend

vooruitziend

ˈweg·ho·len CZ. cz. przech. pot.

wegholen

weghalen

wegholen

afhalen

sich C. eine Krankheit wegholen pot.

een ziekte oplopen

ˈweg·hö·ren CZ. cz. nieprzech.

weghören

niet (willen) luisteren

ver·ˈhau·en¹ CZ. cz. przech. niereg.

1. verhauen pot. (verprügeln):

verhauen

afranselen

verhauen

een pak slaag geven

du siehst ja ganz verhauen aus! przen.

wat zie jij er onmogelijk uit!

2. verhauen pot. SZK.:

verhauen

verknoeien

verhauen

verprutsen

3. verhauen pot. (verschwenden):

verhauen

erdoor jagen

verhauen

opmaken