Tłumaczenia dla hasła „rampenbestrijding“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

(Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

drank·be·strij·ding [drɑŋɡbəstrɛidɪŋ] RZ. r.ż. geen l.mn.

drankbestrijding

Alkoholbekämpfung r.ż.

aan·be·ste·ding <aanbesteding|en> [ambəstedɪŋ] RZ. r.ż.

1. aanbesteding HAND.:

aanbesteding

Ausschreibung r.ż.

aanbesteding

Submission r.ż.

bij [o. per ] aanbesteding

auf dem Wege der Ausschreibung

2. aanbesteding (opdracht):

aanbesteding

Submission r.ż.

aanbesteding

Zuschlag r.m.

een aanbesteding houden

eine Ausschreibung veröffentlichen

in aanbesteding uitvoeren

gemäß der Ausschreibung durchführen

openbare aanbesteding

öffentliche Ausschreibung

te·gen·strij·dig <tegenstrijdige, tegenstrijdiger, tegenstrijdigst> [teɣə(n)strɛidəx] PRZYM.

tegenstrijdig (elkaar tegensprekend)

widersprüchlich

tegenstrijdig (tegengesteld)

gegensätzlich

tegenstrijdige belangen

gegensätzliche Interessen l.mn.

tegenstrijdige beweringen/gevoelens

widersprüchliche Behauptungen/Gefühle l.mn.

be·vrij·ding [bəvrɛidɪŋ] RZ. r.ż. geen l.mn.

bevrijding

Befreiung r.ż.

aan·rij·ding <aanrijding|en> [anrɛidɪŋ] RZ. r.ż.

aanrijding

Zusammenstoß r.m.

jobs·tij·ding <jobstijding|en> [jɔpstɛidɪŋ] RZ. r.ż.

jobstijding

Hiobsnachricht r.ż.

be·strij·den <bestreed, h. bestreden> [bəstrɛidə(n)] CZ. cz. przech.

1. bestrijden:

bestrijden (betwisten)

bestreiten

bestrijden (loochenen)

abstreiten

bestrijden (ontkennen)

dementieren

2. bestrijden (tegengaan):

bestrijden

bekämpfen

bestrijden

entgegentreten +C.

3. bestrijden (vechten tegen):

bestrijden

bekämpfen

de onkosten bestrijden

die Kosten bestreiten

me·de·strij·der <medestrijder|s> [medəstrɛɪdər] RZ. r.m.

1. medestrijder (mededinger):

medestrijder

Mitbewerber r.m.

2. medestrijder (wapenbroeder):

medestrijder

Kampfgefährte r.m.