Tłumaczenia dla hasła „belemmerende“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

(Przełącz na niderlandzko » niemiecki)

be·ˈleh·ren CZ. cz. przech.

1. belehren (jdn informieren):

belehren

inlichten

belehren

informeren

belehren

voorlichten

2. belehren PR.:

belehren

inlichten

3. belehren (jdn korrigieren):

belehren

de les lezen

belehren

corrigeren

belehren

moraliseren

jdn eines Besseren belehren

iem uit de droom helpen

du lässt dich einfach nicht belehren!

je wilt ook niets (van mij) aannemen!

be·ˈläm·mert [bəˈlɛmɐt] PRZYM. pot.

belämmert

bedremmeld

be·ˈlei·hen CZ. cz. przech. niereg.

beleihen

belenen

be·ˈleuch·ten CZ. cz. przech.

1. beleuchten (mit Licht):

beleuchten

verlichten

beleuchten

beschijnen

beleuchten

schijnen op

2. beleuchten przen. (betrachten):

beleuchten

belichten

be·ˈlei·di·gen [bəˈl͜aidɪgn̩] CZ. cz. przech.

beleidigen

beledigen

beleidigen

krenken

beleidigen przen. a.

een belediging zijn voor

ein beleidigtes Gesicht machen

een verongelijkt gezicht zetten

Schlem·me·ˈrei <Schlemmerei, Schlemmereien> [ʃlɛməˈr͜ai ] RZ. r.ż.

1. Schlemmerei pej. (das Schlemmen) kein l.mn.:

Schlemmerei

smullerij

Schlemmerei

gesmul

Schlemmerei

brasserij

2. Schlemmerei pej. selten (Schmaus):

Schlemmerei

braspartij

Schlemmerei

smulpartij

ˈGeld·spen·de RZ. r.ż.

Geldspende

gift in geld r.n.

Geldspende

geldschenking