Tłumaczenia dla hasła „dissentierend“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

dis·ser·ˈtie·ren [-ˈtiːrən] CZ. cz. nieprzech.

dissertieren

een dissertatie [o. proefschrift] schrijven

dis·kon·ˈtie·ren [-ˈtiːrən] CZ. cz. przech.

diskontieren

disconteren

dis·pen·ˈsie·ren [dɪspɛnˈziːrən] CZ. cz. przech.

dispensieren

dispenseren

dispensieren

vrijstellen [o. ontheffen] (van)

prä·sen·ˈtie·ren¹ [prɛzɛnˈtiːrən] CZ. cz. przech.

1. präsentieren podn. (anbieten):

präsentieren

presenteren

präsentieren

aanbieden

präsentieren

aanreiken

2. präsentieren (vorstellen):

präsentieren

presenteren

präsentieren

voorstellen

dis·pu·ˈtie·ren [-ˈtiːrən] CZ. cz. nieprzech. podn.

disputieren

disputeren

disputieren

(wetenschappelijk) redetwisten

dis·ku·ˈtie·ren¹ [dɪskuˈtiːrən] CZ. cz. nieprzech.

diskutieren

discussiëren

diskutieren

discuteren

diskutieren

een discussie houden

über ein Thema diskutieren

over een onderwerp discussiëren

de·men·ˈtie·ren [demɛnˈtiːrən] CZ. cz. przech.

1. dementieren:

dementieren

dementeren

dementieren

ontkennen

dementieren

loochenen

2. dementieren:

dementieren

rectificeren

dementieren

herroepen

dis·po·ˈnie·ren¹ [dɪspoˈniːrən] CZ. cz. nieprzech.

disponieren

disponeren

disponieren

beschikken over

gut/schlecht disponiert sein podn.

goedgeluimd/slechtgeluimd zijn

gut/schlecht disponiert sein podn.

goed/slecht gedisponeerd zijn

dis·tan·ˈzie·ren¹ [-ˈ͜tsiːrən] CZ. cz. przech. SPORT

distanzieren

achter zich laten

den Gegner distanzieren

de tegenstander op afstand zetten