W Twojej przeglądarce jest wyłączona obsługa JavaScript. Jeśli obsługa JavaScript zostanie uaktywniona, będziesz miał możliwość korzystania z Trenera słownictwa PONS i innych funkcji.

niderlandzko » niemiecki

Tłumaczenia dla hasła „palliatief“ w niderlandzko » niemiecki słowniku (Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

Pokaż podsumowanie wszystkich trafnych wyników

fa·cul·ta·tief: przymiotnik i przysłówek
kwa·li·ta·tief: przymiotnik i przysłówek
pre·di·ca·tief: przymiotnik i przysłówek
ini·ti·a·tief: rzeczownik
la·xa·tief: rzeczownik
re·la·tief: przymiotnik i przysłówek
cau·sa·tief: przymiotnik i przysłówek
kwan·ti·ta·tief: przymiotnik i przysłówek
al·ter·na·tief: przymiotnik i przysłówek
af·fir·ma·tief: przymiotnik i przysłówek
cha·ri·ta·tief: przymiotnik i przysłówek
cre·a·tief: przymiotnik i przysłówek
ne·ga·tief: rzeczownik
edu·ca·tief: przymiotnik i przysłówek
lu·cra·tief: przymiotnik i przysłówek
ope·ra·tief: przymiotnik i przysłówek
cu·mu·la·tief: przymiotnik i przysłówek
fe·de·ra·tief: przymiotnik i przysłówek
re·ci·ta·tief: rzeczownik

Widzisz podobne wyniki: predicatief , kwalitatief , facultatief , causatief , relatief , laxatief , initiatief , kwantitatief , charitatief , affirmatief , alternatief , recitatief , federatief , cumulatief , operatief , lucratief , educatief , negatief i creatief

fa·cul·ta·tief [fɑkʏltatif] PRZYM.

facultatief

iets facultatief stellen

jdm etw freistellen

kwa·li·ta·tief [kwalitatif] PRZYM.

kwalitatief

kwalitatief was het verschil groot

qualitativ (gesehen) war der Unterschied groß

pre·di·ca·tief [predikatif] PRZYM.

predicatief

een predicatieve bepaling

eine prädikative Ergänzung

ini·ti·a·tief <initia|tieven> [ini(t)ʃatif] RZ. r.n.

Initiative r.ż.

op eigen initiatief

aus eigener Initiative

het initiatief nemen

die Initiative ergreifen

op initiatief van de heer Keller

auf Initiative [o. Anregung] von Herrn Keller

het particulier initiatief

die Privatinitiative

het recht van initiatief

das Initiativrecht

la·xa·tief RZ. r.n.

laxatief → laxeermiddel

Zobacz też laxeermiddel

laxeer·mid·del <laxeermiddel|en> [lɑksermɪdəl] RZ. r.n.

laxeermiddel

Abführmittel r.n.

re·la·tief <relatieve, relatiever, relatiefst> [relatif] PRZYM.

een relatieve bijzin taalk.

ein Relativsatz

relatief gezien

relatief gezien

verhältnismäßig

cau·sa·tief [kɑuzatif] PRZYM.

kwan·ti·ta·tief [kwɑntitatif] PRZYM.

kwantitatief

kwantitatief

al·ter·na·tief² <alternatieve, alternatiever, alternatiefst> [ɑltɛrnatif] PRZYM.

alternatief

alternatief

Alternativ-

de alternatieve cultuur

die Gegenkultur

de alternatieve cultuur

die Alternativkultur

de alternatieve energie

die Alternativenergie

alternatieve geneeswijze

alternative(s) Heilverfahren r.n.

de alternatieve straf jur.

die Ersatzstrafe

af·fir·ma·tief [ɑfɪrmatif] PRZYM.

affirmatief

affirmatief spec.

cha·ri·ta·tief [xɑritatif] PRZYM.

charitatief

charitatief

cre·a·tief <creatieve, creatiever, creatiefst> [krejatif] PRZYM.

ne·ga·tief¹ <nega|tieven> [neɣatif] RZ. r.n.

Negativ r.n.

edu·ca·tief <educatieve, educatiever, educatiefst> [edykatif] PRZYM.

het educatieve speelgoed

das Lernspielzeug

het educatief verlof

der Bildungsurlaub

lu·cra·tief <lucratieve, lucratiever, lucratiefst> [lykratif] PRZYM.

gewinnträchtig

ope·ra·tief [operatif] PRZYM.

cu·mu·la·tief [kymylatif] PRZYM.

fe·de·ra·tief [fedəratif] PRZYM.

re·ci·ta·tief <recita|tieven> [resitatif] RZ. r.n. muz.

Rezitativ r.n.

Przeszukaj słownik

niderlandzki

Interfejs: Deutsch | English | Español | Italiano | Polski