Tłumaczenia dla hasła „tang“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

tang <tang|en> [tɑŋ] RZ. r.ż.

1. tang (gereedschap):

tang ook dierk., gesch.

Zange r.ż.

dat slaat als een tang op een varken przen.

das passt wie die Faust aufs Auge

iem in de tang nemen przen.

jdn in die Zange nehmen

het kind is met de tang gehaald

das Kind wurde mit der Zange geholt

2. tang pot. (kwaadaardige vrouw):

tang

Schreckschraube r.ż. pej.

het is een tang van een wijf

sie ist eine richtige Schreckschraube pej.

Przykładowe zdania ze słowem tang

iem in de tang nemen przen.

jdn in die Zange nehmen

het kind is met de tang gehaald

das Kind wurde mit der Zange geholt

het is een tang van een wijf

sie ist eine richtige Schreckschraube pej.

dat slaat als een tang op een varken przen.

das passt wie die Faust aufs Auge