Tłumaczenia dla hasła „via“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

via [vija] PRZYIM.

1. via (over, langs):

via

via +B.

via

über +B.

via de mond en de neus in het lichaam komen przen.

über Mund und Nase in den Körper gelangen

2. via (door bemiddeling van):

via

durch +B.

via

über +B.

ik hoorde via mijn zuster, dat …

über meine Schwester erfuhr ich, dass …

Przykładowe zdania ze słowem via

via de kortste weg

auf dem schnellsten Wege

uitzending via satelliet

Satellitenübertragung r.ż.

via duistere kanalen

über dunkle Kanäle

verkrijgbaar bij [o. via ] de boekhandel

im Buchhandel erhältlich

dat wordt nog via het prikbord bekendgemaakt

das wird noch am Schwarzen Brett bekannt gegeben

ik hoorde via mijn zuster, dat …

über meine Schwester erfuhr ich, dass …

via de mond en de neus in het lichaam komen przen.

über Mund und Nase in den Körper gelangen