Tłumaczenia dla hasła „politiewijk“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

(Przełącz na niderlandzko » niemiecki)

po·ˈli·tisch [poˈliːtɪʃ, poˈlɪtɪʃ] PRZYM.

1. politisch POLIT. (staatskundig):

politisch

politiek

politisch

staatkundig

eine politische Karte

een staatkundige kaart

politisch korrekt

politiek correct

2. politisch podn. POLIT. (klug):

politisch

politiek

politisch

tactisch

politisch

behendig

politisch

beleidsmatig

politisch handeln

tactisch handelen [o. te werk gaan]

po·li·ti·ˈsie·ren¹ [politiˈziːrən] CZ. cz. nieprzech.

1. politisieren podn. (über Politik sprechen):

politisieren

politiseren

politisieren

over politiek praten

2. politisieren (politisch aktiv sein):

politisieren

politiek actief zijn

politisieren

aan politiek doen