Tłumaczenia dla hasła „omgekocht“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

(Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

ge·kocht CZ.

gekocht volt. deelw. van kopen

Zobacz też kopen

ko·pen <kocht, h. gekocht> [kopə(n)] CZ. cz. przech.

kopen

kaufen

bij/van iem kopen

bei/von jdm kaufen

wat koop ik ervoor? przen.

was habe ich davon?

gekochte moordenaars

gekaufte [o. gedungene] Mörder l.mn.

iems stilzwijgen kopen

sich C. jds Stillschweigen erkaufen

een treinkaartje kopen

eine Fahrkarte lösen

voor 50 euro waren kopen

für 50 Euro Waren kaufen

zich in een firma kopen

sich in eine Firma einkaufen

ze·ge·tocht <zegetocht|en> [zeɣətɔxt] RZ. r.m.

zegetocht

Triumphzug r.m.

zegetocht

Siegeszug r.m.

de zegetocht van de computer

der Siegeszug des Computers

om·ge·keerd [ɔmɣəkert] PRZYM.

1. omgekeerd (in tegengestelde stand):

omgekeerd

umgekehrt

in omgekeerde volgorde/richting

in umgekehrter Reihenfolge/in entgegengesetzter Richtung

2. omgekeerd (tegenovergesteld):

omgekeerd

umgekehrt

omgekeerd

entgegengesetzt

omgekeerd pej.

verkehrt

het is precies omgekeerd

es ist genau umgekehrt

dat is de omgekeerde wereld przen.

das ist die verkehrte Welt

dag·tocht <dagtocht|en> [dɑxtɔxt] RZ. r.m.

dagtocht

Tagestour r.ż.

dagtocht

Tagesausflug r.m.

ge·drocht <gedrocht|en> [ɣədrɔxt] RZ. r.n.

1. gedrocht (monster):

gedrocht

Ungeheuer r.n.

gedrocht

Monstrum r.n.

gedrocht

Scheusal r.n.

2. gedrocht (mismaakt mens, dier):

gedrocht

Monstrum r.n.

gedrocht

Missgeburt r.ż. pej.

ge·wrocht <gewrocht|en> [ɣəvrɔxt] RZ. r.n.

1. gewrocht:

gewrocht

Erzeugnis r.n.

gewrocht (voortbrengsel van scheppende arbeid)

Schöpfung r.ż.

2. gewrocht (onstoffelijk voortbrengsel):

gewrocht

Schöpfung r.ż.

gewrocht

Werk r.n.

de grootste gewrochten van dicht- en toonkunst

die größten Werke der Literatur und Musik

3. gewrocht (vreemdsoortig werkstuk):

gewrocht

Gebilde r.n.

wat is dat voor een gewrocht?

was ist das für ein seltsames Gebilde?

over·tocht <overtocht|en> [ovərtɔxt] RZ. r.m.

1. overtocht (het trekken over iets heen):

overtocht

Übergang r.m.

de overtocht over de Alpen

der Übergang über die Alpen

2. overtocht (reis over zee):

overtocht

Überfahrt r.ż.

de overtocht naar Amerika

die Überfahrt nach Amerika

uit·ver·kocht [œytfərkɔxt] PRZYM.

uitverkocht

ausverkauft