Tłumaczenia dla hasła „goedheilig“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

(Przełącz na niderlandzko » niemiecki)

ˈge·gen·tei·lig [ˈgeːgn̩t͜ailɪç] PRZYM.

gegenteilig

tegen(over)gesteld

gegenteilig

tegenstrijdig

gegenteiliger Ansicht [o. Meinung ] sein

van tegengestelde mening zijn

ˈje·wei·lig [ˈjeːv͜ailiç] PRZYM.

jeweilig

van een gegeven [o. bepaald] ogenblik

jeweilig

van dat ogenblik

jeweilig

heersend

jeweilig

(des)betreffend

jeweilig

respectief

der jeweilige Kurs

de koers van de dag

der jeweilige Kurs

de dan geldende koers

die jeweilige Mode

de heersende mode

ˈvor·ei·lig PRZYM.

voreilig

overhaast

voreilig

voorbarig

ˈdrei·tei·lig PRZYM.

dreiteilig

driedelig

ˈzwei·tei·lig [ˈ-t͜ailɪç] PRZYM.

zweiteilig

tweedelig

ˈschein·hei·lig PRZYM.

scheinheilig

schijnheilig

scheinheilig

hypocriet

ˈan·tei·lig [ˈant͜ailɪç] PRZYM.

anteilig

evenredig

anteilig verteilen

(hoofdelijk) omslaan

ˈein·tei·lig PRZYM.

einteilig

eendelig

einteilig

bestaande uit [o. van] één deel

brand·ˈei·lig PRZYM. pot.

brandeilig

spoedeisend

brandeilig

dringend

ich habe es brandeilig

ik heb reuzehaast

ˈkurz·wei·lig [ˈ-v͜ailɪç] PRZYM. veraltet (unterhaltsam)

kurzweilig

onderhoudend

kurzweilig

verstrooiend

kurzweilig

ontspannend

ˈlang·wei·lig [ˈlaŋv͜ailɪç] PRZYM.

1. langweilig:

langweilig

vervelend

langweilig

saai

langweilig

langdradig

langweilig

eentonig

es wird mir langweilig hier

het begint mij hier te vervelen

zum Sterben langweilig

doodvervelend

2. langweilig pot.:

langweilig

vervelend

langweilig

tijdrovend

3. langweilig pot.:

langweilig

traag

langweilig

langzaam

ˈnach·tei·lig PRZYM.

nachteilig

nadelig

nachteilig

schadelijk

nachteilig

ongunstig

sich nachteilig auf etw B. auswirken

nadelige gevolgen voor iets hebben

ˈzeit·wei·lig¹ [ˈ͜ts ͜aitv͜ailɪç] PRZYM. (gelegentlich)

zeitweilig

tijdelijk

zeitweilig

voorlopig

er ist zeitweilig unzurechnungsfähig

hij is tijdelijk [o. bij tijd en wijle] ontoerekeningsvatbaar