niderlandzko » niemiecki

Tłumaczenia dla hasła „winnen“ w niderlandzko » niemiecki słowniku (Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

win·nen <won, h. gewonnen> [wɪnə(n)] CZ. cz. przech.

2. winnen (tot voordeel verkrijgen):

winnen
gewinnen
de harten winnen
die Herzen gewinnen
iem voor zich winnen
jdn für sich gewinnen

3. winnen (vorderen, vóórkomen):

winnen
gewinnen
een voorsprong winnen
einen Vorsprung gewinnen

5. winnen (winst maken):

winnen
Gewinn ziehen [o. schlagen]
winnen op een transactie
aus einer Transaktion Gewinn ziehen
zo gewonnen, zo geronnen przysł.
wie gewonnen, so zerronnen

Przykładowe zdania ze słowem winnen

terrein winnen (van ideeën)
immer weitere Kreise ziehen
land winnen
Land gewinnen
veld winnen przen.
(an) Boden gewinnen
erts winnen
Erz abbauen [o. gewinnen]
zielen [o. zieltjes] winnen
Seelen fangen
zout uit zeewater winnen
Salz aus Seewasser gewinnen
winnen op een transactie
aus einer Transaktion Gewinn ziehen
iem voor zich winnen
jdn für sich gewinnen
winnen op alle fronten
an allen Fronten siegen
op punten winnen SPORT
nach Punkten siegen
winnen met 7-2
(mit) 7:2 gewinnen
winnen op punten
nach Punkten siegen
de harten winnen
die Herzen gewinnen
een voorsprong winnen
einen Vorsprung gewinnen
van iem winnen
gegen jdn gewinnen
de pot winnen
den Pot gewinnen
het pleit winnen
die Oberhand gewinnen

Przeszukaj słownik

niderlandzki

Interfejs: Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Przeszukaj słowniki
Najbardziej popularne