Tłumaczenia dla hasła „verzuiling“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

(Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

ver·vui·ling [vərvœylɪŋ] RZ. r.ż. geen l.mn.

vervuiling

Verschmutzung r.ż.

vervuiling (door ongewenste stoffen; ook)

Verunreinigung r.ż.

ver·za·me·ling <verzameling|en> [vərzaməlɪŋ] RZ. r.ż.

verzameling

Sammlung r.ż.

verzameling (opeenhoping)

Ansammlung r.ż.

verzameling wisk.

Menge r.ż.

een verzameling boeken

eine Büchersammlung

de doorsnede van de verzamelingen

die Schnittmenge

ver·za·di·ging [vərzadəɣɪŋ] RZ. r.ż. geen l.mn.

verzadiging

Sättigung r.ż.

ver·zui·men <verzuimde, h. verzuimd> [vərzœymə(n)] CZ. cz. przech.

1. verzuimen (nalaten):

verzuimen

versäumen

verzuimen

unterlassen

zijn plicht verzuimen

seine Pflicht versäumen

2. verzuimen (laten voorbijgaan):

verzuimen

versäumen

verzuimen

verpassen pot.

de gelegenheid verzuimen

die Gelegenheit verpassen

de school verzuimen

den Unterricht versäumen

hij verzuimt zelden

er ist nur selten abwesend

ver·zui·pen¹ <verzoop, h. verzopen> [vərzœypə(n)] CZ. cz. przech.

1. verzuipen (verdrinken):

verzuipen

ersäufen

een hond verzuipen

einen Hund ersäufen

2. verzuipen (in drank verteren):

verzuipen

versaufen slang

3. verzuipen (te veel vloeistof toevoeren):

verzuipen

absaufen slang

een verzopen motor

ein abgesoffener Motor slang

ver·zak·king <verzakking|en> [vərzɑkɪŋ] RZ. r.ż. ook med.

verzakking

Senkung r.ż.

ver·zoe·king <verzoeking|en> [vərzukɪŋ] RZ. r.ż.

1. verzoeking (verleiding):

verzoeking

Versuchung r.ż.

in de verzoeking komen

in (die) Versuchung kommen

leid ons niet in verzoeking rel.

führe uns nicht in Versuchung

2. verzoeking (geval van bekoring):

verzoeking

Versuchung r.ż.

verzoeking

Anfechtung r.ż. form.

ver·zen·ding <verzending|en> [vərzɛndɪŋ] RZ. r.ż.

1. verzending (het verzenden):

verzending

Versand r.m.

goederen ter verzending afgeven spoorw.

Güter zur Beförderung aufgeben

goederen ter verzending afgeven spoorw.

Güter aufliefern spec.

2. verzending (wat verzonden wordt):

verzending

Sendung r.ż.

ver·zoe·ning <verzoening|en> [vərzunɪŋ] RZ. r.ż.

1. verzoening (het weer tot vrede brengen, gebracht worden):

verzoening

Versöhnung r.ż.

verzoening

Aussöhnung r.ż.

partijen tot verzoening brengen

Parteien versöhnen

2. verzoening (het goedmaken):

verzoening

Sühnen r.n.

verzoening

Sühne r.ż.

ver·zor·ging <verzorging|en> [vərzɔrɣɪŋ] RZ. r.ż.

verzorging

Pflege r.ż.

verzorging

Betreuung r.ż.

verzorging

Versorgung r.ż.

verzorging (proviand)

Verpflegung r.ż.

medische verzorging

ärztliche Betreuung r.ż.

ver·de·ling <verdeling|en> [vərdelɪŋ] RZ. r.ż.

1. verdeling (opsplitsing):

verdeling

Verteilung r.ż.

verdeling

Teilung r.ż.

hoofdelijke verdeling

Pro-Kopf-Verteilung r.ż.

2. verdeling (uitdeling):

verdeling

Verteilung r.ż.

3. verdeling (resultaat, maat, schaal):

verdeling

Einteilung r.ż.

ver·ta·ling <vertaling|en> [vərtalɪŋ] RZ. r.ż.

vertaling

Übersetzung r.ż.

vertaling

Übertragung r.ż.

een vertaling in het Grieks

eine Übersetzung ins Griechische