Tłumaczenia dla hasła „entkörpert“ w niderlandzko » niemiecki słowniku

ont·kop·pe·len <ontkoppelde, h. ontkoppeld> [ɔntkɔpələ(n)] CZ. cz. przech.

1. ontkoppelen (loskoppelen):

ontkoppelen

abkoppeln

ontkoppelen

entkoppeln

ontkoppelen

loskoppeln

2. ontkoppelen techn. (debrayeren):

ontkoppelen

auskuppeln

3. ontkoppelen przen.:

ontkoppelen

voneinander trennen

ont·ko·men <ontkwam, i. ontkomen> [ɔntkomə(n)] CZ. cz. nieprzech.

1. ontkomen (ontsnappen):

ontkomen

entkommen

ontkomen

entrinnen

aan een gevaar ontkomen

einer Gefahr entkommen [o. entrinnen]

er was geen ontkomen aan

es gab kein Entkommen

(aan) de dood/de vijand ontkomen

dem Tod/dem Feind entrinnen

2. ontkomen:

ontkomen (zich onttrekken)

sich entziehen +C.

ontkomen (indruk)

sich wehren gegen +B.

ontkomen (indruk)

sich erwehren +D.

aan die verplichting valt niet te ontkomen

dieser Verpflichtung kann man sich nicht entziehen

wij kunnen niet ontkomen aan de indruk, dat …

wir können uns nicht des Eindrucks erwehren, dass …

ex·pert <expert|s> [ɛkspɛːr] RZ. r.m.

expert

Experte r.m.

expert

Sachverständige(r) r.m.

expert (die een rapport uitbrengt)

Gutachter r.m.

een expert erbij halen

einen Sachverständigen hinzuziehen

en·ter <enter|s> [ɛntər] RZ. r.m.

enter

Enter r.m. połnocnoniem.

enter

einjährige(s) Fohlen r.n.

enter

einjährige(s) Kalb r.n.

en·tree <entree|s> [ɑ̃tre, ɛntre] RZ. r.ż.

1. entree (ingang, toegang):

entree

Entree r.n.

entree

Eingang r.m.

entree

Zugang r.m.

2. entree (recht om binnen te treden):

entree

Eintritt r.m.

entree

Zutritt r.m.

vrij entree

Eintritt frei

vrij entree

freie(r) Zutritt r.m.

3. entree (intrede):

entree

Eintritt r.m.

4. entree:

entree muz., kookk.

Entree r.n.

en·te·ren <enterde, h. geënterd> [ɛntərə(n)] CZ. cz. przech. scheepv.

enteren

entern

mo·tor·pech [motərpɛx] RZ. r.m. geen l.mn.

motorpech

Motorschaden r.m.

motorpech

Motorpanne r.ż.