Tłumaczenia dla hasła „kunstschaffend“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

ˈfrei·schaf·fend [ˈfr͜aiʃafn̩t] PRZYM.

freischaffend

vrij

freischaffend

zelfstandig

freischaffend

freelance

ein freischaffender Architekt/Übersetzer

een zelfstandig architect/vertaler

ˈkunst·lie·bend, ˈKunst lie·bend PRZYM.

kunstliebend → Kunst

Zobacz też Kunst

Kunst <Kunst, Künste> [kʊnst, ˈkʏnstə] RZ. r.ż.

1. Kunst:

Kunst

kunst

Kunst (Kunstzweig)

kunsttak

Kunst (Kunstform)

kunstvorm

die Akademie der Künste

de Academie voor Schone Kunsten

eine brotlose Kunst

een brodeloze kunst

eine brotlose Kunst przen.

een onnutte bezigheid

die darstellende Kunst

de toneel- en danskunst

2. Kunst (Kunstwerke) kein l.mn.:

Kunst

kunst(werken)

Kunst sammeln

kunstwerken verzamelen

3. Kunst (Können, Fähigkeit):

Kunst

kunst

Kunst

kunde

Kunst

kundigheid

die ärztliche Kunst

de geneeskunst

das ist Kunst! pot.

uit de kunst!

das ist Kunst! pot.

zoiets moet je geleerd hebben!

da hilft keine Kunst mehr

er is geen helpen meer aan

das ist keine Kunst pot.

daar is geen kunst aan

Kunst kommt von können iron. przen.

geen kunst zonder talent

was macht die Kunst? pot. przen.

hoe staan de zaken?

da bin ich mit meiner Kunst am [o. zu] Ende

nu ben ik ten einde raad

die Schwarze [o. schwarze] Kunst

de zwarte kunst

die Schwarze [o. schwarze] Kunst veraltet

de boekdrukkunst

4. Kunst (Imitation):

Kunst

kunst

Kunst

imitatie

Kunst

namaak

zufrieden sein ist eine Kunst przysł.

tevreden zijn is grote kunst

ˈKunst·stoff RZ. r.m.

Kunststoff

kunststof

Kunststoff

plastic r.n.

ˈKunst·spra·che RZ. r.ż.

Kunstsprache

kunsttaal