Tłumaczenia dla hasła „unterster“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

un·ters·te(r, s) [ˈʊntɐstə, -tɐstɐ, tɐstəs] PRZYM.

unterste(r, s)

onderste

unterste(r, s)

laagste

unterste(r, s)

benedenste

das Unterste zuoberst kehren

alles ondersteboven keren [o. gooien]

das Unterste zuoberst kehren

alles op zijn kop zetten

Zobacz też untere(r, s) , s

ˈun·te·re(r, s) [ˈʊntɐrə] PRZYM.

untere(r, s)

onderste

untere(r, s)

laagste

untere(r, s)

lager

untere(r, s)

benedenste

die untere Elbe

de Beneden-Elbe

der untere Rand

de benedenrand

das untere Stockwerk

de benedenverdieping [o. benedenetage]

s, S [ɛs] <s, s; S, S> RZ. r.n.

s

s

s

letter s [o. S]

ˈun·ter¹ [ˈʊntɐ] PRZYSŁ.

unter (jünger als)

onder de

unter (zahlenmäßig kleiner als)

minder dan

unter (unterhalb von)

beneden de

unter zehn (Jahre alt) sein

onder de tien (jaar) zijn

ˈun·ter² [ˈʊntɐ] PRZYIM. +C. o B.

1. unter (in den Bereich unterhalb von):

unter

onder

unter

beneden

unter anderem

onder andere

unter anderen

onder anderen

unter falschem Namen

onder een valse naam

etw unter ein Thema stellen

iets onder een thema plaatsen

unter Tage GÓRN.

ondergronds

unter dem Tisch hervorkommen

van onder de tafel tevoorschijn komen

2. unter (an etw dran, bis):

unter

aan

unter

tegen

bis unter die Decke

tot aan [o. tegen] het plafond

3. unter (begleitet von, hervorgerufen durch):

unter

onder

unter

in

unter

met

unter

op

unter großer Anstrengung

met veel inspanning

unter der Hitze stöhnen

puffen van de hitte

4. unter (inmitten):

unter

tussen

unter

onder

unter

van

Rosinen unter den Reis mischen

rozijnen door de rijst doen [o. mengen]

einer unter vielen

één van (de) velen

wer unter den Zuschauern?

wie van de toeschouwers [o. kijkers] ?

5. unter (weniger als):

unter

minder dan

unter

onder [o. beneden] de

ich tue es nicht unter einem Euro pot.

ik doe het niet voor minder dan één euro

Kinder unter 6 Jahren

kinderen onder [o. beneden] de 6 jaar

6. unter poł. niem. (während):

unter Tags

overdag

unter der Woche

door [o. in] de week

7. unter veraltet:

unter

op (de datum van)

unter

de dato

ˈun·te·re(r, s) [ˈʊntɐrə] PRZYM.

untere(r, s)

onderste

untere(r, s)

laagste

untere(r, s)

lager

untere(r, s)

benedenste

die untere Elbe

de Beneden-Elbe

der untere Rand

de benedenrand

das untere Stockwerk

de benedenverdieping [o. benedenetage]