Tłumaczenia dla hasła „anredepronomen“ w niemiecko » niderlandzki słowniku

Per·so·ˈnal·pro·no·men RZ. r.n.

Personalpronomen

persoonlijk voornaamwoord r.n.

Re·fle·ˈxiv·pro·no·men RZ. r.n. JĘZ.

Reflexivpronomen

reflexief [o. wederkerend] voornaamwoord r.n.

Re·la·ˈtiv·pro·no·men RZ. r.n. JĘZ.

Relativpronomen

betrekkelijk voornaamwoord r.n.

Pos·ses·ˈsiv·pro·no·men <Possessivpronomens, Possessivpronomen[o. Possessivpronomina] > RZ. r.n. JĘZ.

Possessivpronomen

possessief pronomen

Pro·ˈno·men <Pronomens, Pronomen[o. Pronomina] > [proˈnoːmən] RZ. r.n. JĘZ.

Pronomen

pronomen r.n.

Pronomen

voornaamwoord r.n.

De·mon·stra·ˈtiv·pro·no·men RZ. r.n. JĘZ.

Demonstrativpronomen

aanwijzend voornaamwoord r.n.

ˈan·ren·nen CZ. cz. nieprzech. niereg.

1. anrennen:

anrennen

aanrennen

2. anrennen pot.:

anrennen

(aan)rennen

anrennen

(aan)botsen

mit dem Kopf an [o. gegen ] die Wand anrennen

met zijn hoofd tegen de muur aanrennen [o. stoten]

3. anrennen:

anrennen

aanlopen

anrennen

stormlopen

gegen Vorurteile anrennen

tegen vooroordelen optornen

ˈan·rech·nen CZ. cz. przech.

1. anrechnen (in Rechnung stellen):

anrechnen

aanrekenen

anrechnen

in rekening brengen

anrechnen

berekenen

jdm einen großen Betrag anrechnen

iem een groot bedrag in rekening brengen

2. anrechnen (gutschreiben):

anrechnen

in mindering brengen

anrechnen

aftrekken

die Untersuchungshaft auf die Gefängnisstrafe anrechnen

het voorarrest van de gevangenisstraf aftrekken

jdm etw mit einem Betrag anrechnen

iem voor iets een bedrag aftrekken

3. anrechnen przen. (bewerten):

anrechnen

aanrekenen

anrechnen

waarderen

jdm etw hoch anrechnen

iets bijzonder weten te waarderen van iem

jdm etw zur Ehre anrechnen

iem iets tot eer aanrekenen

ˈan·re·den CZ. cz. przech.

anreden

aanspreken

anreden

toespreken

jdn auf eine Person hin anreden

iem over [o. in verband met] een persoon aanspreken

Przykłady jednojęzyczne (niezredagowane i niesprawdzone przez PONS)

niemiecki

Dennoch schlugen diese Bestrebungen, Ni als allgemein gültiges Anredepronomen einzuführen, alle fehl.

de.wikipedia.org

Eine gewisse Renaissance hat Ni als höfliches Anredepronomen erfahren.

de.wikipedia.org

In diesem Monolog werden die Österreicher kollektiv angesprochen, als Anredepronomen werden ihr und Sie benutzt.

de.wikipedia.org