niderlandzko » niemiecki

Tłumaczenia dla hasła „woord“ w niderlandzko » niemiecki słowniku (Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

woord <woord|en> [wort] RZ. r.n.

1. woord (groep) spraakklank(en):

woord
Wort r.n.
het woord is aan mevrouw A.
het woord is aan mevrouw A.
Simplex r.n. spec.
geen woord meer
geen (stom) woord zeggen
ik weet er geen woord van
daar is geen woord Frans bij
daar is geen woord van aan [o. waar]
gewoon woord
dat is het (juiste) woord niet
met [o. in ] één woord
met [o. in ] één woord
een plat woord
iets woord voor woord vertalen
een vreemd woord
ein Fremdwort r.n.
woord en weerwoord

2. woord (uiting, boodschap):

woord
Wort r.n.
Zuspruch r.m.
Ermunterung r.ż.
op mijn woord van eer
op mijn woord van eer
geen woord loslaten
het Woord Gods
een goed woord voor iem doen
het hoge woord moest eruit przen.
leere Worte l.mn.
leere(s) Gerede r.n. pot.
Worthülsen l.mn. pej.
inleidend woord
een kort woord spreken
Lobesworte l.mn.
ik geloof u op uw woord
een woord vooraf

Interfejs: Deutsch | English | Español | Italiano | Polski